Matchplay tegen de baan (tegen par)

Alle deelnemers spelen tegen de par (3, 4, 5) van de baan. 

Als een speler op een hole ‘netto’ (gemaakte slagen minus zijn handicap slagen op die hole) minder slagen nodig heeft dan de par van die hole, dan wordt voor die hole 1 punt op de scorekaart genoteerd.

Speelt hij ‘netto’ gelijk aan de par van die hole, dan wordt een 1/2 punt genoteerd .

Heeft hij ‘netto’meer slagen nodig dan de par van die hole, dan moet hij de bal opnemen (voor de snelheid van het spel) en krijgt hij geen punten.

Handicap verrekening:

De volledige playing handicap wordt, in overeenstemming met de Stroke Index, over de 18 holes verdeeld. 

 

De marker noteert de bruto slagen en de score, maar is alleen verantwoordelijk voor de bruto slagen. De speler blijft zelf verantwoordelijk voor het invullen van de correcte score.

Na het spelen van de 18 holes worden de scores voor de 1e 9 holes, 2e 9 holes en totaal uitgerekend.

De speler die over de 18 gespeelde holes de hoogste score heeft is de winnaar.
Bij gelijke scores telt de betere score op de 2e 9 holes.
Als er dan nog gelijken zijn wint de speler met de laagste exact handicap.